Het is april 2025 en de financiële markten zijn in de war. Aandelen corrigeren scherp, crypto beweegt nerveus en goud zet nieuwe records op de borden. De oorzaak is geen externe ramp of onverwachte macro-ontwikkeling, maar een bewuste beleidskeuze. Wat zich ontvouwt, is een handelsoorlog die niet alleen economisch disruptief is, maar ook een fundamenteel systeemrisico blootlegt.
President Trump kiest voor een agressieve aanpak. In plaats van gericht economisch beleid met strategisch geplaatste heffingen, legt hij torenhoge importheffingen op aan een breed scala aan producten. Het doel: het Amerikaanse handelstekort terugdringen, de binnenlandse industrie stimuleren en de dollar verzwakken. De manier waarop hij dit doet, is allesbehalve chirurgisch. In plaats van met een scalpel, werkt hij met een moker.
Meer dan een economische tik
De wereldeconomie draait al decennialang op efficiëntie via globalisering. Leveringsketens zijn complex, fragiel en grensoverschrijdend. Wie daar plotseling zware importheffingen op gooit, verstoort niet alleen het spel, maar breekt het bord.
Wat ondernemers nu ervaren is geen abstract beleidsdebat, maar directe impact. Veel bedrijven werken met marges van 5 tot 10 procent. Als er dan plotseling 40 tot 80 procent extra kosten bijkomen, valt het verdienmodel uit elkaar. Ondernemers kunnen die kosten vaak niet doorberekenen vanwege bestaande contracten, en bouwen zelf ook geen nieuwe fabrieken in een paar maanden. Je ziet orders geannuleerd worden, goederen in havens achterblijven en bedrijven overwegen hun hele businessmodel om te gooien.
Het gevolg is voorspelbaar. Niet alleen buitenlandse producenten voelen de klap, maar vooral ook Amerikaanse ondernemers en consumenten.
Beleggers begrijpen wat dit betekent: systeemonzekerheid. En dus ontstaat er in korte tijd een risicovlucht. Binnen drie dagen verloor de belangrijkste beurs in Amerika, de S&P500, 15 procent. Aziatische beurzen sloten tijdelijk. En de obligatierentes stijgen in plaats van dalen.
Deze correctie is niet gedreven door fundamentals, maar door risicomanagement. Beleggers willen liquiditeit. En dus worden assets, soms noodgedwongen, verkocht. Niet omdat ze slecht zijn, maar omdat er cash nodig is.
Bitcoin wordt daarin niet gespaard, maar er is een opvallend verschil met eerdere stressmomenten.
In normale markten daalt bitcoin harder dan de Nasdaq. Maar deze keer bleef bitcoin relatief veerkrachtig. Sinds begin april verloor het minder terrein dan grote techaandelen. Dat roept de vraag op: verandert de manier waarop beleggers naar bitcoin kijken?

Deels is de verkoopgolf gewoon te verklaren uit liquiditeitsbehoefte. Alles wat liquide is, wordt verkocht als risico omlaag moet. Maar er lijkt óók iets anders te spelen. Bitcoin begint steeds vaker de rol van ‘digital gold’ op zich te nemen. Een alternatief buiten het traditionele systeem.
Die rol is niet nieuw, maar komt nu opnieuw onder de aandacht.
Geen doordacht plan, maar een optelsom van improvisatie
Een belangrijk punt van nuance: het beleid dat Trump nu uitvoert is géén precieze implementatie van het plan dat econoom Miran eerder schetste. Sterker nog, Miran’s visie was in veel opzichten gematigder en strategischer. Hij zag heffingen als onderdeel van een groter strategisch plan voorzien van de nodige diplomatie en timing. Trump lijkt slechts delen van dat plan te hebben opgepikt, ze uit hun context gehaald te hebben en toe te passen zonder oog voor consequenties.
Stephen Miran is sinds maar 2025 de hoofdeconoom van het Witte Huis onder president Trump. Hij is de architect achter het handelsbeleid van de regering, met als doel de Amerikaanse industrie te herindustrialiseren en de handelsbalans te verbeteren.
Het economische team van Trump probeert ondertussen meerdere problemen tegelijk op te lossen: het begrotingstekort, de staatsschuld, de hoge rente en de binnenlandse productie. Maar de samenhang ontbreekt. Het beleid voelt eerder als een verzameling losse impulsen dan als een uitgewerkte strategie.
Waar de VS kiest voor brute kracht, reageert Europa veel subtieler. In plaats van brede tegenmaatregelen, kijkt men daar juist naar specifieke sectoren die politiek gevoelig liggen in Republikeinse staten. Denk aan heffingen op producten zoals Harley-Davidson, Levi’s of bepaalde whisky’s. Het is een geopolitieke schaakzet: met één zet maximaal effect bereiken.