“While higher interest rates, slower growth, and softer labor market conditions will bring down inflation, they will also bring some pain to households and businesses.”
Met deze woorden maakte Jerome Powell vorig jaar op 26 augustus indruk. De meest invloedrijke centrale bankier in de machtigste economie van de wereld verklaarde dat hij huishoudens en bedrijven pijn moest doen om de inflatie omlaag te brengen.
En de inflatie moet omlaag. Want anders verliest hij zijn geloofwaardigheid. Want anders verliest de wereld het vertrouwen in het hele geldsysteem.
In de zes weken erna daalde de Nasdaq met 20 procent naar het laagste punt van de bearmarkt. Tegelijkertijd steeg de marktverwachting van het rentedoel in dezelfde periode met een procentpunt. De boodschap was aangekomen: Trust me, it will be enough.
Maar hebben de Amerikaanse huishoudens en bedrijven wel echt pijn gevoeld?
De CPI-inflatie in de VS is inmiddels gedaald van 9,1 procent in juni 2022 naar 3,2 procent in juli 2023. Maar een massale golf van ontslagen en faillissementen hebben we niet gezien. De huizenmarkt maakte niet meer dan een klein dipje. En de detailhandel bleef aardig overeind.
Dan zijn er twee opties. Of de pijn moet nog komen. Of de pijn komt niet meer. Laten we ze eens bekijken.
Optie 1: De pijn moet nog komen. Krapper monetair beleid werkt met lange en onbekende vertraging door in de reële economie. Onbekend, omdat de omstandigheden elke keer anders zijn. Zo hadden we nu grote spaaroverschotten vanuit coronatijd, was er achterstand in woningbouw die eerst nog ingelopen kon worden, en is de arbeidsmarkt structureel krap. Om maar wat te noemen.
Ook maakt het uit waar we ons bevinden in de conjunctuurcyclus. Renteverhogingen kun je gebruiken om een oververhitte economie in een hoogconjunctuur af te remmen. Maar de inflatie die we nu bestrijden is geen gevolg van een oververhitte economie, maar van een combinatie van twee schokken: problemen met productie- en leveringsketens en de enorme steunpakketten in coronatijd.
Het zou best zuur zijn als de inflatie de komende maanden verder daalt en keurig naar 2 procent gaat, en dat daarna alsnog de pijn komt die Powell een jaar eerder beloofde: werkloosheid, faillissementen, lagere huizenprijzen en lagere aandelenkoersen.
Optie 2: De pijn komt niet meer. De soft landing was het droomscenario waarin de inflatie omlaag komt zonder dat de economie in een diepe recessie belandt. Powell werd vaak een beetje uitgelachen om de naïviteit dat hij dat soort sprookjes geloofde.
Maar zou het kunnen dat de VS precies de grens gevonden heeft tussen genoeg remmen en niet te veel remmen? Dat de hogere rente enerzijds de vraag wat laat afnemen en anderzijds genoeg stimuleert doordat de rentebetalingen inkomen zijn voor huishoudens en bedrijven?
Of zijn het de onverwacht lage energieprijzen die hielpen? Of de hoop op een doorbraak in exponentieel groeiende technologie zoals AI? Of de onverwacht zwakke omstandigheden in China die voor goedkopere producten en grondstoffen zorgen?
Of het nu geluk is of wijsheid, er is iets voor te zeggen dat men de onvermijdelijke instorting van de schuldenberg nog een paar jaar vooruit heeft weten te schuiven.
Vandaag zijn de centrale bankiers opnieuw bij elkaar in Jackson Hole. Vanmiddag en vanavond zullen ze een voor een de wereld toespreken. Jerome Powell staat om 16:05 uur voor de microfoons en ECB-voorzitter Christine Lagarde om 21:00 uur.
Wat zullen ze zeggen? Misschien niets nieuws. Dan zullen de financiële markten hun schouders ophalen en overgaan tot de orde van de dag. Maar misschien laat Powell wel doorschemeren dat de rente al omlaag kan naar neutraal bij een kerninflatie van 3 procent, in plaats van de tot nu toe heilige 2 procent.
En Lagarde zou kunnen opmerken dat de economische vooruitzichten er in de eurozone niet best uitzien. En dat de het oorspronkelijke plan om de rente nog een paar keer te verhogen misschien de prullenbak in moet om een lelijke recessie te voorkomen. Of deze editie van Jackson Hole opnieuw spraakmakend is? Dat weten we vanavond!
Bitcoin
In de Alpha Markets van vorige week hebben we de mini-crash van bitcoin uitgebreid besproken. Die was toen net gebeurd. Inmiddels zijn we een week verder, een goed moment om de grafiek er eens bij te pakken.
Hieronder zie je de bitcoinkoers in de afgelopen twee weken. Rechts staat een volumeprofiel dat laat zien rond welke koersen veel gehandeld is. De eerste week lag het zwaartepunt op 29.400 dollar en de afgelopen week lag het op 26.000 dollar. Dat is een kleine 12 procent lager. Een mager herstel!